Aantrekkoppels
Het vastzetten van bouten en moeren dient vaak met een bepaalde kracht te gebeuren. Om ervoor te zorgen dat iets niet te los of te vast komt te zitten, wordt gewerkt met zogeheten “aantrekkoppels”. Dit zijn vaste eenheden waarmee de te gebruiken kracht wordt aangeduid. Om een aantrekkoppel goed na te leven is het gebruik van een momentsleutel noodzakelijk. Het gebruik van normale ring-, steek- of dopsleutels is hiervoor af te raden.
Cilinderkop moeren | 3,2 |
Aantrekvolgorde | 8___2___4___6 5___3___1___7 |
Carterhelften M8 | 2,0 |
Carterhelften M10 | 3,0 |
Drijfstangmoeren (vernieuwen en inoliën) | 3,3 |
Oliepomp aan carter | 2,0 |
Tuimelaaras aan cilinderkop | 1,5 |
Vliegwiel aan krukas | 11,0 |
Drukgroep aan vliegwiel | 2,5 |
Meeneemschijf aan krukas (Automatic) | 8,5 |
Bougies | 3,5 |
Oliedrukschakelaar | 1,2 |
Olieaftapplug (motor) | 2,2 |
Oliezeef aan carter | 1,3 |
Kroonwielbouten | 5,0 |
Schakelaar voor achteruitrijlampen | 2,5 |
Olievulplug (versnellingsbak) | 2,0 |
Olieaftapplug (versnellingsbak) | 2,0 |
Achterschokbrekers aan carrosserie aan draagarm | 3,0 |
Remleidingen aan hoofdremcilinder | 4,5 |
Stoplichtschakelaar in hoofdremcilinder | 2,5 |
Remklauw aan fusee | 9,0 |
Stabilisatorstand aan carrosserie | 4,5 |
Draagarm aan carrosserie | 9,0 |
Fuseekogel aan draagarm | 4,5 |
Stabilisatorstand aan draagarm | 3,5 |
Achterschokbrekers aan carrosserie aan draagarm | 3,0 |
Stuurhuis aan carrosserie | 4,5 |
Pitmanarm aan as | 11,0 |
Spoorstang kogels | 3,0 |
Stuurdemper aan spoorstang | 4,5 |